1914: Onderweg naar Sykes-Picot
De Britten, Fransen en Russen maken afspraken over het onderling opdelen van het Ottomaanse rijk, waarmee zij in oorlog verkeren. Rusland krijgt de Turkse hoofdstad Constantinopel (het latere Istanboel) toebedeeld, inclusief de strategische Dardanellen (de doorgang naar de Zwarte Zee). Groot-Brittannië claimt en ‘krijgt’ een invloedssfeer in Perzië en Frankrijk ‘verkrijgt’ Syrië (waartoe ook de landstreek Palestina wordt gerekend). De partijen spreken voorts af dat het precieze bestuur over de heilige plaatsen in Palestina later zal worden geregeld. De Constantinopel-overeenkomst wordt in mei 1916 ‘overschreven’ door de Sykes-Picot-overeenkomst.
1915: McMahon-Hoessein correspondentie
De Britse Hoge Commissaris in Cairo, Sir Henry McMahon, verklaart schriftelijk dat Londen bereid is de onafhankelijkheid van de Arabieren in het Midden-Oosten te erkennen en te steunen. Hoessein bin Ali, de sjarief van Mekka, is de beoogde heerser.
De onafhankelijkheidsbelofte bevat een onduidelijke uitsluitingsclausule voor het gebied ten westen van de rivier de Jordaan. Londen doet de belofte in ruil voor Hoesseins toezegging dat onder zijn leiding een Arabische opstand tegen het Ottomaanse rijk zal worden gevoerd.
Eenheden van het Arabische leger onder bevel van ‘Lawrence of Arabia’
1916: De Arabische opstand tegen het Ottomaanse rijk
De opstand begint in juni 1916, in de vorm van een guerrillaoorlog. Ondanks de enorme omvang van het Arabische leger (circa 70.000 man) zijn de operaties kleinschalig en niet effectief. De voornaamste wapenfeiten zijn het deelnemen aan de verovering van het havenstadje Aqaba en het saboteren van de strategische Hejaz-spoorlijn tussen Damascus en Medina. Het buiten gebruik stellen van de spoorlijn bemoeilijkt de Turkse bevoorrading en troepenverplaatsing en vergemakkelijkt de Britse opmars. Het Arabische leger wordt deels aangevoerd door Britse officieren, waaronder de bij leven al legendarische Thomas Edward Lawrence (beter bekend als ‘Lawrence of Arabia’).
1916: Sykes-Picot overeenkomst
Vooruitlopend op de afloop van de oorlog met Turkije verdelen Londen en Parijs in een geheime overeenkomst het Ottomaanse rijk in neokoloniale invloedssferen en protectoraten. Rusland is als bondgenoot aanwezig bij de overeenkomst. De overeenkomst wordt opgesteld door de Britse diplomaat Sir Mark Sykes en zijn Franse tegenhanger François Georges-Picot. Frankrijk krijgt onder andere Libanon, Noord-Galilea en Syrië toebedeeld. Groot-Brittannië ‘krijgt’ onder andere het latere Jordanië en de Negev-woestijn. Het gebied ten westen van de Jordaan moet volgens de afspraak onder multinationale ‘protectie’ komen. Rusland ‘krijgt’ onder andere Armenië, maar wijst het resoluut af.
1917: Cambonverklaring
In een schriftelijke verklaring van het Franse ministerie van Buitenlandse Zaken door Jules Cambon, spreekt de Franse regering zich naar de zionistische voorman Nachum Sokolov officieel uit voor “nationaal Joods herstel in het land van waaruit het volk van Israël zo vele eeuwen geleden werd verbannen”.
1917: Britse invasie van Ottomaans Palestina
Britse troepen vallen de landstreek Palestina binnen, maar worden bij Gaza door de Turken teruggedreven. Een tweede offensief, van 17 tot 19 april 1917, mislukt eveneens. Het Gazafront wordt vervolgens aan Turkse zijde verder versterkt onder leiding van de Duitse generaal Franz Kress von Kressenstein. Er ontstaat een patstelling die pas in oktober 1917 met een massaal Brits-Frans-Italiaans offensief kan worden doorbroken. Op 31 oktober valt het nabij Gaza gelegen woestijnstadje Beersheva in geallieerde handen en op 7 november trekken de Turkse troepen zich uit Gaza terug. Daarmee ligt de weg naar Jeruzalem voor de geallieerden open.
1917: Balfour-verklaring
Gemotiveerd door koloniale ambities spreekt ook de Britse regering zich naar het zionistische leiderschap uit voor de stichting van een Joods Nationaal Tehuis in de landstreek Palestina. Deze verklaring legde de erkende volkenrechtelijke basis voor de stichting van de Joodse staat. Palestina bestond toen uit het grondgebied van de huidige staat Israël, de landstreken Judea en Samaria, de Gazastrook, het westelijke deel van de Golanhoogvlakte en het grondgebied van het huidige Jordanië.
1917: Jeruzalem veroverd door de Britten
Op de eerste dag van het joodse bevrijdingsfeest van Chanoeka veroveren Britse troepen onder bevel van generaal Edmund Allenby Jeruzalem op het door de Duitse generaal Erich von Falkenhayn aangevoerde Turkse leger. Twee dagen daarna deed Allenby deemoedig te voet zijn intocht in de heilige stad. De Britse premier David Lloyd George noemde de verovering “een kerstcadeau voor het Britse volk”.
De verovering ging zonder bloedvergieten omdat het merendeel van de Turkse en Duitse bezettingstroepen de stad onder dekking van de nachtelijke duisternis had verlaten. De achterblijvers gaven zich ‘s ochtends over aan de eerste de beste Britten die zij tegenkwamen.
De overgave van Jeruzalem aan enkele toevallig in de buurt van de stad patrouillerende Britse militairen
1918: Stichting Hebreeuwse Universiteit
De Britse generaal Edmund Allenby en de zionistische leider Chaim Weizmann leggen gezamenlijk de eerste twaalf stenen van de ‘Hebreeuwse Universiteit’ op de Scopusberg in (Noord-Oost) Jeruzalem. De bouw ervan zal zeven jaar in beslag nemen.
1918: Slag bij Megiddo
Bij een nieuw Brits offensief, culminerend in de Slag bij Megiddo, worden de Ottomaanse troepen ook uit de landstreken Samaria en Galilea verdreven. Eind september bevindt het gehele Land van Israël (‘West-Palestina’) zich in Britse handen en komt er een eind aan precies 400 jaar Turkse overheersing. Allenby’s leger rukt vervolgens op naar de Syrische stad Damascus, die op 1 oktober wordt veroverd. De Oost-Palestijnse (thans Jordaanse) stad Amman (het Bijbelse Rabbath-Ammon) valt op 25 september. Op 30 oktober sluit het Ottomaanse regime een wapenstilstand met de geallieerden.
Tel Megiddo (2017), drieduizend jaar geleden een vesting van de Joodse koning Salomo, ligt aan de rand van de strategische Vallei van Israël, het kruispunt van drie continenten.
Har Megiddo ligt aan de rand van de Emeq Israël, op het kruispunt van de belangrijkste regionale en intercontinentale doorgangswegen (Europa, Azië en Afrika). Har Megiddo staat in de nieuwtestamentische eschatologie bekend als het naar het Grieks verbasterde ‘Armageddon’, waar tijdens het ‘Einde der Tijden’ de laatste veldslag zal plaatsvinden.